Yvonne Coldeweijer / Rachel Hazes (‘de gecremeerde kroket’)

.Rechtbank Amsterdam 23 januari 2023, ECLI:NL:RBAMS:2023:208

Deze zaak ging oorspronkelijk alleen over een video waarin Coldeweijer onder meer suggereerde dat Rachel Hazes een zeer persoonlijke brief van haar zoon André zou hebben gelekt. Hazes vorderde verwijdering van de video en rectificatie en startte een kort geding toen Coldeweijer niet vrijwillig daartoe overging.

Coldeweijer startte op haar beurt via haar social mediakanalen een crowndfunding: “ga samen met mij de strijd aan in de rechtszaak tegen de gecremeerde kroket! Doneer via mijn website!”.

Hazes breidde in reactie daarop haar eis uit: ze vorderde nu ook verwijdering van “de term gecremeerde kroket als verwijzing naar eiseres”.

In zijn vonnis van 23 januari wijst de rechter er om te beginnen op dat het toewijzen van Hazes’ vorderingen een beperking zou opleveren op de vrijheid van meningsuiting van Coldeweijer. Om te beoordelen of voor toewijzing van de vorderingen wel ruimte is, weegt de Voorzieningenrechter de belangen over en weer: het belang van Hazes dat zij niet zomaar wordt blootgesteld aan verdachtmakingen en dat haar privacy (gewaarborgd in artikel 8 EVRM) niet onnodig wordt geschonden en het belang van Coldeweijer zich in het openbaar kritisch, informerend en waarschuwend te kunnen uitlaten over misstanden (gewaarborgd in artikel 10 EVRM).

De rechter wijst erop dat in de video geen misstand aan de kaak wordt gesteld. Het gaat – integendeel – om zeer persoonlijke informatie en Coldeweijer heeft bij het brengen daarvan geen ander belang dan het voor eigen gewin bevredigen van de nieuwsgierigheid van haar volgers naar het privéleven van een publiek persoon.

De rechter vindt dat Coldeweijer zich niet kan verschuilen achter haar bronnen (door haar ook wel spionnen genoemd). Hoewel zij de beweringen over Hazes aan hen toeschrijft, is zíj degene die de beweringen publiek heeft gemaakt en vrij stellig bovendien. Zij kan zich ook niet verschuilen achter de “kennelijk spottend en badinerend bedoelde toon” van de uitingen. Het is helemaal niet duidelijk dat het publiek de uitingen met een korreltje zout zou moeten nemen, integendeel: Coldeweijer draagt juist uit heel zeker van haar zaak te zijn.

Dan “het waarheidsgehalte” van de beweringen; een andere relevante omstandigheid in het kader van de belangenafweging. De Voorzieningenrechter wijst erop dat van Coldeweijer niet wordt verwacht dat zij met sluitend bewijs komt, maar zij moet – mede gezien het grote aantal volgers – wél aannemelijk maken dat zij serieuze aanwijzingen heeft voor haar beweringen.  Daarin slaagt zij volgens de rechter niet door te wijzen op twee anonieme bronnen. Dat Coldeweijer de bescherming van hun identiteit laat prevaleren boven het belang haar verweer te onderbouwen, komt voor haar risico aldus de rechter. Dat er in Privé een artikel met een vergelijkbare strekking is verschenen, vindt de rechter niet van belang, omdat dat pas verscheen ná de video van Coldeweijer.

Over de inkleding van de uitingen is de rechter opvallend kort: hij oordeelt dat de term gecremeerde kroket “hoe dan ook grievend en beledigend” is. De termen “narcistisch, manipulatief, knettergek en toxic” beoordeelt de rechter zonder enige verdere toelichting als kwetsend en onnodig grievend.

De conclusie luidt dat Coldeweijer haar beschuldigingen niet waar kan maken, zij onnodig grievend zijn en Coldeweijer geen rechtens te respecteren belang heeft bij haar uitingen. Daar komt nog bij dat de video door zeer veel mensen is bekeken en heeft geleid tot voor Hazes zeer kwetsende opmerkingen van kijkers.

Dit alles maakt dat de Voorzieningenrechter de vorderingen van Hazes toewijst: de video moet offline, Coldeweijer moet een rectificatie plaatsen en ze mag Hazes geen gecremeerde kroket meer noemen op straffe van dwangsommen.

Previous
Previous

Kinderdagverblijf De Apenrots / moeder

Next
Next

Gallup / GIA