De Opruiende Rapper / OM

Hof 's-Hertogenbosch 4 februari 2022 (ECLI:NL:GHSHE:2022:322)

Deze zaak gaat over een videoclip, waarin de volgende tekst wordt gerapt terwijl beelden worden getoond van diverse politieambtenaren die hun functie uitoefenen. De muziek en tekst worden gevolgd door het geuit van twee (pistoolschoten).

Je weet dat je in je recht staat
Ik hoop dat je die landverrader keihard op zijn bek slaat
Pak ze allemaal maar trouwens, tien op een rij
Dat kan ik niet maken, mijn zoontje staat erbij
Maar dit is toch dat punt wat je graag had willen maken
Hoe hedendaagse politie hun dienstbaarheid verzaken
Hoe het is gesteld met onze rechterhand der wet
En dat jij je tegen deze vorm van machtsmisbruik verzet
Maar dit wordt live gefilmd, laat de beelden maar spreken
Ik bereik mijn doel als dit veel wordt bekeken
Beloof me dat je achteraf die klootzak op gaat zoeken
Hem zijn huis gaat leren kennen, zeker alle 80 hoeken
Tot de foto op zijn paspoort niet meer door de keuring komt
Omdat jij of iemand anders hem de tering in heeft gestompt
Nee ik werk mee, ga jij maar naar zijn huis
Dan krijgt hij wat hij verdient En ben ik over zes uur weer thuis

Verdachte is door de politierechter veroordeeld tot een taakstraf ter zake van in het openbaar, bij afbeelding tot gewelddadig optreden tegen het openbaar gezag – met andere woorden: opruien. In het door verdachte ingestelde hoger beantwoordt het hof de vraag of de veroordeling niet een ontoelaatbare beperking op verdachtes vrijheid van meningsuiting ontkennend. Het hof legt uit dat aan alle voorwaarden voor een toelaatbare beperking van artikel 10 lid 2 EVRM is voldaan: De strafbaarstelling van opruiing is bij wet voorzien (in artikel 131 Sr.) en dient een legitiem doel, namelijk het voorkomen dat anderen worden aangezet tot het plegen van strafbare feiten en ter bescherming van de openbare orde. Het hof oordeelt dat ook is voldaan aan de derde en laatste voorwaarde, namelijk dat de beperking noodzakelijk is in een democratische samenleving. Het weegt aard, context én effect van de uitingen mee in het kader van die beoordeling.

Het hof is van oordeel dat de uitlatingen in de video niet kunnen worden opgevat als te zijn bedoeld om een publiek debat op gang te brengen: van de bewoordingen en de toonzetting van de tekst in de video is niet duidelijk dat deze uitnodigen tot een open gedachtewisseling. Het oproepen tot het gebruik van geweld is bovendien zodanig in strijd met de uitgangspunten van een democratie dat er een dwingende maatschappelijke noodzaak bestaat om de verdachte in zijn recht op vrijheid van meningsuiting te beperken. Er is geen minder ingrijpend middel denkbaar om dat doel (het voorkomen van een strafbaar feit) te bereiken. De beperking is daarmee ook proportioneel, aldus het Hof, en dus is de veroordeling, die bekrachtigd wordt, niet in strijd met artikel 10 EVRM

Previous
Previous

Kandidaat Gemeenteraadslid X / Schoonvader Y

Next
Next

Rituals / The Body Shop